Tag Archives: cycling

La Cannibale

Afdaling Mont-Ventoux (klein formaat)

Datum: 21 juni 2014
Organisatie: Sporta
Website: Mon Ventoux
Start: Malaucène, Frankrijk
Aankomst: Top Mont Ventoux
Aantal km: 173 km
Hoogtemeters: 4529 m
Aantal deelnames: 3

Hoogteprofiel%20La%20Cannibale_0

La Sidoine

B&B La Sidoine

Donderdag 05:00 hr in de morgen, tijd om te vertrekken naar Frankrijk. Een rit van net geen 1000 km. Gelukkig rijdt mijn vrouw mee en neemt zij 500 km voor haar rekening.
Hopelijk arriveren we na 12 uur rijden, inclusief pauzes, aan de B&B in Crillion-Le-Brave, een dorpje gelegen tussen Bédoin en Malaucène.
Uiteindelijk doen we er anderhalf uur langer over, door files in Luxemburg en Metz. Cathérine staat ons reeds op te wachten en geeft ons een een hartelijk welkom. Het is de tweede keer dat we hier verblijven en het voelt dan ook een beetje aan als thuiskomen. Ook Ronny en zijn vrouw, die we hier verleden jaar hebben leren kennen, zijn weer van de partij,

Afhalen nr Bédoin

Verwelkoming Bédoin

Vrijdag fiets ik wat kilometers in de omgeving om de nieuwe fiets te testen en te zien of de benen goed reageren. De benen voelen heel goed aan. Het is alleen die compact die me een beetje zorgen baart, vooral omdat ik heel mijn voorbereiding gedaan heb met een triple.
Na de middag zakken we af naar Bédoin voor de verwelkoming door de organisatie en om ons startnr af te halen. Zoals altijd verloopt dit heel vlot, ondanks het record aantal inschrijvingen en is de sfeer er optimaal.
We proberen het die avond niet te laat te maken want de volgende dag moeten we heel vroeg uit de veren.

Zaterdag 04:30 Hr, niet echt goed geslapen vannacht en dus een moeilijke start. Na de douche voelt het al heel wat beter aan en het uigebreid ontbijt geeft me de o zo broodnodige energie.
Om 05.45 Hr vertrek ik richting Malaucène. Een rit van 10 km over de Col de la Madeleine. De spieren zijn alvast opgewarmd. Het is al heel warm en er is weinig wind. Het belooft snikheet te worden. In Malaucène krijgen we nog twee bidons sportdrank en kunnen we nog wat extra energierepen meenemen.
Uiteindelijk is het dan zover. Om exact 06.30 Hr geeft de burgemeester van Malaucène het startschot van La Cannibale.
Ik sta goed vooraan en na 48 seconden rij ik al over de start. De klim via Malaucène is voor mij al lang geen onbekende meer en wil deze keer dan ook een scherpe klimtijd neerzetten. De benen en de fiets voelen heel goed aan en na een dik uur zit ik reeds aan Chalet de Liotard, beste tijd tot hiertoe. Dit geeft moed voor de laatste kilomters. Uiteindelijk bereik ik de top na 1 uur en 36 minuten. Persoonlijk record is een feit. Nu windjack aan en afdalen naar Sault. Geen tijdsopname tot Sault, dus ik neem mijn tijd en neem geen onnodige risico’s.

In Sault sanitaire stop en bijtanken en dan de lus starten richting Col d’Aulan. De eerste kilometers ben ik op achtervolgen aangewezen. Ik vertrok samen met een groepje van twee, maar daar zat niet echt vaart achter, dus waagde ik mijn kans om de sprong te wagen naar een groepje dat verderop reed. Dat ging moeilijker dan verwacht en het kostte me serieus wat krachten om erbij te geraken. Ik wist dat ik me dat later zou bekopen. Het was immers te vroeg om nu al in het rood te gaan.

10482253_647843195296853_4643939828856927555_o

Laatste klim vanuit Sault

We bereiken uiteindelijk de top van Col d’Aulan. Niet echt een referentie van wat nog komen gaat, maar de hitte weegt loodzwaar op mijn lichaam. Ik besluit om niet te stoppen en door te rijden naar de volgende klim, Col de Perty. Uit ervaring weet ik dat dit een hele pittige is. Voor mij de zwaarste van de vier in de lus. Het valt niet stil in de groep en na een klein uurtje beginnen we aan de klim. Ik kan vlot mee tot ongeveer 5 km van de top. Ik moet dan een deel van de groep laten gaan en besluit om op mijn eigen tempo verder te rijden.
Om 10.33 Hr bereik ik de top van Col de Perty. We zijn nu ongeveer 4 uur onderweg, en ik kan niet zeggen dat het vlot gaat. De benen voelen zwaar aan en ik ben blij dat ik even op adem kan komen.
We dalen af richting Séderon en richting Col de St Jean, ook een stevige klim, niet zo lang als Col de Perty maar wel steiler. Buiten alle verwachting, gaat deze klim vlot en bereik ik zonder problemen de top. Dit doet me terug een beetje moed krijgen, nog eentje te gaan en de lus is gemaakt. Tijdsopname in Séderon, 11.41 Hr , 5 uur en 11 minuten onderweg, we zitten goed wat dat betreft. Even voor Séderon, komt de lus van La Cannibalette aansluiten en is er opmerkelijk meer volk op het parcour.
Bij de klim naar de top van Col de l’Homme mort speelt de hitte me duidelijk parten. Ik zweet me kapot en mag vooral nu niet vergeten te drinken. Sportdrank is op, heb nog een volle bidon met alleen maar water. Ik besluit om bij de volgende bevoorrading op de top niet te stoppen en ineens door te rijden richting Sault. Een foute beslissing zou al gauw blijken. Na de afdaling van de Col de l’Homme Mort, merk ik dat mijn beide bidons leeg zijn. Nog 14 km tot Sault, zonder drinken. Moet lukken denk ik dan. Alhoewel, met deze hitte ….
Bij mij aankomst in Sault, voelen de benen heel slap aan. Ik ben diep gegaan, en ik heb dringend vocht nodig. Ik vul 1 bidon en drink zelf genoeg om de top te kunnen halen. Ergens besef ik wel dat het moeilijk zal worden. Verleden jaar voelden de benen immers nog heel goed aan en was de klim via Sault uiteindelijk ook heel zwaar.
Om 12.48 Hr, 12 minuten vroeger dan verleden jaar vertrek ik vanuit Sault, richting Top van de Ventoux. Verstand op nul, blik op oneindig. Het eerste deel gaat bergaf, dit gaat goed, maar dan begint de echte klim. Eerst tussen de velden met lavendel, later in de bossen. Wie dacht dat de schaduw voor verkoeling ging zorgen, was eraan voor de moeite. De zon stond loodrecht aan de hemel en er was weinig of geen schaduw in het bos. Nu wordt het pas heel zwaar, ik drink regelmatig en tegen dat ik Chalet de Renard bereik is mijn bidon leeg. De aanmoedigen van de mensen geven me terug dat beetje moed om aan de loodzware laatste 6 km te beginnen. De zwaarste die ik ooit reed zou later blijken. Ik rijd mezelf volledig leeg en passeer één na één vermoeide renners, sommige rijden nog net snel genoeg om niet te moeten afstappen, anderen stappen af en laten zich vallen op de grond. Ik hoor het meisje met de megafoon op de top steeds luider roepen en probeer een ritme aan te houden. Alles doet pijn maar ik denk er niet aan om op te geven. Man, dit is echt afzien. Uiteindelijk bereik ik de top na 7 uur en 23 minuten fietsen, compleet leeg en kapot. Nog nooit zo afgezien als vandaag.
Ik deed er dus 12 minuten sneller over dan verleden jaar maar de omstandhden waren niet hetzelfde. Verleden jaar startte La Cannibale in Bédoin, werd de lus in de andere richting genomen en reed ik ook nog eens met een triple. Ik denk vooral dat dit laatste met toch wat parten heeft gespeeld.
In het klassement eindig ik uiteindelijk op de 83 plaats van de 903 cannibalen.

Diploma

Diploma

Het is en blijft één van de mooiste tochten die ik tot nu toe reed. Nergens was alles beter georganiseerd dan hier en dat doet me steeds weer terug komen. Telkens zeg ik, dit was de laatste keer maar ondertussen worden al opnieuw plannen gemaakt voor volgend jaar 🙂

Meer Foto’s 

De Ronde van Vlaanderen Cyclo 2014

 

image

De Ronde van Vlaanderen on Strava

Datum: 05 april 2014
Organisatie: Golazo
Website: De Ronde van Vlaanderen.
Start: Grote markt, Brugge
Aankomst: Qubus, Oudenaarde (Lindestraat)
Aantal km: 235 km
Aantal deelnames: 2

Weersomstandigheden.
‘s morgens was het nog donker als we vertrokken en het was droog maar koud. Later op de dag kwam de zon er door en werd het aangenaam warm. Er stond een strakke wind, die vooral op de hellingen en op de vlakten niet altijd in het voordeel stond.

Ritverslag. (See my ride on Strava)
De Ronde van vlaanderen is één van de klassiekers die je als wielerliefhebber zeker 1 keer moet gereden hebben. En dan heb ik het niet over de lus van 75 km of 115 km vanuit Oudenaarde, maar wel de volledige Ronde, 235 km,  vertrekkende vanuit Brugge.
Verleden jaar reed ik hem voor de eerste keer, niet echt afgezien maar wel veel pech gehad. Het was mijn eerste kennismaking met de kasseien en ik zei na afloop om nooit meer deel te nemen. Na enkele maanden ben ik op die beslissing terug gekomen en schreef me opnieuw in voor de editie 2014. Ik ben van mening dat je elke tocht minstens 2X moet doen. De eerste keer als kennismaking en de tweede keer om een goede prestatie neer te zetten.

imageNu ik dus wist aan wat ik me mocht verwachten, was het mijn bedoeling om deze keer een heel goede prestatie neer te zetten. Op zijn minst beter dan verleden jaar. Ik had dan ook niets aan het toeval overgelaten. Een goede voorbereiding, nieuwe banden en vooral goed uitgerust aan de start komen. Twee volle dagen, voorafgaand aan de Ronde, complete rust, zowel fysiek als mentaal.
Vrijdag in de namiddag zijn we vertrokken naar Brugge. We hadden dezelfde B&B geboekt als verleden jaar, waar we zodanig in de watten werden gelegd, dat we niet anders konden dan opnieuw daar te boeken. Werkelijk heel vriendelijke mensen en een kamer die tip top in orde is. Bovendien ligt de B&B niet ver van de Grote Markt van Brugge, waar de start van de Ronde begint.
Dit jaar hadden we twee nachten geboekt, omdat ik ook eens van het ontbijt wilde genieten waarvan mijn vrouw zo overvol wasen omdat ik zondag de profrenners wilde zien bij hun vertrek van de Ronde Van Vlaanderen.
Zaterdag 05/04 was het dan zover. Om 5 uur uit de veren en direct beginnen aan het ontbijt. Deze keer nam ik een kom muesli aangevuld met pannekoeken met confituur. Dit smaakt in elk geval al beter dan de pasta van verleden jaar 🙂
Toen ik klaar was om te vertrekken, was het eerste pechmoment van de dag al daar. Mijn hartslagmeter deed het niet meer. Twee dagen ervoor werkte alles nog perfect en nu op het moment dat ik hem het meest nodig had, dus niet meer. Later bleek dat de batterij leeg was, dus vertrekken zonder hartslagmeter 😦
Aangekomen op de grote markt, was deze al goed volgelopen. In totaal zouden ongeveer 4000 wielerliefhebbers vertrekken vanuit Brugge.
imageHet parcours was lichtjes gewijzigd tov verleden jaar. Dit keer reden we over Oostkamp en Ruddervoorde terwijl we verleden jaar over Zedelgem reden. Ik was gestart bij de eersten en we reden flink door. Ik zag soms snelheden van 45 km/u en meer op mijn teller verschijnen. De benen voelde heel goed aan en voor we het goed en wel beseften, was de eerste bevoorrading op km 53 al daar. Niet iedereen stopte, maar ik besloot toch halt te houden voor de drankbevoorrading en een sanitaire stop.
Na mijn vertrek duurde het niet lang of ik bevond me terug in een goede groep, die weer een stevig tempo aanhielden. Rond km 75 gebeurde dan mijn tweede pechmoment van de dag. Mijn zadel kwam los en kantelde helemaal naar achteren. Wat ik ook probeerde, ik kreeg ze niet meer naar voor. Dat betekende dus op de trappers verder. De volgende bevoorrading was op km 93, dus nog een kleine 20 km. Gelukkig bleef het tempo hoog en waren die kilomters er zo door. Bij de bevoorrading stond gelukkig een team van Shimano, die me konden helpen, want zo kon ik onmogelijk aan de hellingen en de kasseien beginnen.
En die kwamen er snel aan, Wolvenberg, Molenberg en Leberg, geen onbekenden, gezien ik dit jaar al twee ritten reed in deze omgeving. Feit was wel dat er nu meer volk op de hellingen aanwezig was. Op de Koppenberg gebeurde dan waarvoor ik al vreesde, te veel volk, waardoor ik halverwege voet aan de grond moest zetten. Waarom willen mensen ongetraind hieraan deelnemen???? Die vraag heb ik me al vaak gesteld en dat is ook één van de redenen waarom ik volgend jaar niet meer zal deelnemen. Frustratie alom!!!

De hellingen en kasseien volgenden elkaar nu in snel tempo op en de benen voelden heel goed aan, zelfs de kasseien werden heel goed verteerd. Bij de laatste bevoorrading kwam ik tot de vaststelling dat mijn batterij van mijn Iphne zo goed als leeg was. Vandaar dat maar 214 km ipv 235 km geregistreerd werden.

De laatste 20 km, met de Paterberg als 15° en laatste helling, gingen er heel vlotjes door. Op de laatste rechte lijn nog stevig doorgetrokken en een grote glimlach op mijn gezicht toen ik zag dat de gemiddelde snelheid van de hele rit boven de 30 km/u lag.

Besluit.
Prachtig weertje, niet lek gereden en buiten een paar kleine probleempjes, kan ik zeggen dat dit voor mij een geslaagde editie was. Waarschijnlijk zal dit mijn laatste deelname zijn en ik kan alleen maar dik tevreden zijn over mijn prestatie als ik de cijfers en mijn gevoel bekijk. Nu snel weer recupereren en voorbereiden op die andere zware rit, Luik-Bastenaken-Luik.

 

Meer foto’s

 

 

 

 

 

Mijn dagelijkse fietsrit naar huis

http://www.strava.com/activities/111548179/overview

Duffel spoorwegbrug

Duffel spoorwegbrug

Rumst kerk
Duffel spoorwegbrug
IMG_0451
Fietsersbrug Rumst

Het is zes minuten na drie, tijd om naar huis te vertrekken met de fiets. Wat ‘s morgens nog in een ietwat stijgende lijn opgaat, is in de namiddag makkelijker omdat het de hele weg dan in een min of meer dalende lijn gaat. Ook de wind is dan meestal in mijn voordeel. Wanneer de voorbereiding voor het seizoen begint, eind januari, begin februari, wordt deze rit vooral gebruikt om intervaltraining te doen. Voor duurtrainingen is deze rit wat te kort, alhoewel ik er soms wel een lus durf aan te breien, vooral dan wanneer het weer goed zit. Het gevaar bij mijn dagelijkse ritten naar het werk, is dat mijn lichaam gewoon geraakt aan die inspanningen. Daarom dat ik dan ook zoveel mogelijk probeer te variëren. Dit kunnen  zijn, sprintjes trekken, intervallen rijden, of door, zoals ik eerder al schreef,  af en toe de duur verlengen door bijkomende lussen te rijden. Leuk is ook, vooral dan in de zomermaanden, dat je kan aanpikken bij een groep.Bij het begin van deze rit zit een stevige rit naar het Militair hospitaal wat me al direct verplicht om in het rood te gaan. Gelukkig gaat het direct daarna bergaf en heb ik ruimschoots de tijd om te recupereren. Via Vilvoorde en
de verbrande brug, rij ik langs het kanaal Brussel-Willebroek richting
Kapellen o/p den Bos en Tisselt naar Willebroek. Afhankelijk van het weer en de goesting rij ik hier verder langs de haven van Klein- Willebroek direct richting Rumst of maak ik een extra lus via Boom om dan over de tunnel van de A12 aan de andere kant van de Rupel richting Rumst te rijden. In Rumst kom ik dan terug op dezelfde weg van mijn ochtendrit naar het werk en rij ik langs de Netedijk via Walem en Duffel naar Lier. In de namiddag laat ik Mechelen bewust links liggen wegens veel te gevaarlijk door het drukke verkeer.Fotoblog

Mijn dagelijkse fietsrit naar het werk

Maandag 05.00 Hr ’s morgens, het moment voor mij om mijn dagelijkse ochtrit naar het werk te beginnen. Voor velen te vroeg om op te staan, voor mij is en blijft het steeds weer een uitdaging. De eerlijkheid gebiedt me wel om te zeggen dat ik de zomermaanden verkies boven de donkere- en koude wintermaanden.

Lier, nabij het stadspark

De koude, daar kan je je tegen kleden, maar als je van het begin tot het einde door de regen moet fietsen dan heb je al heel goede, en dure, kledij nodig om je te beschermen en zelfs dan blijft het een hele opgave. Maar ik ga hier zeker geen klaagzang opvoeren, want de keren dat ik doornat op het werk arriveer, kan ik op één hand tellen.

De afstand die ik dagelijks naar het werk fiets, varieert tussen de 43 en 50 km, afhankelijk van het weer, het trainingsschema en de ritten die ik rij in het weekend. Ik probeer ook regelmatig andere wegen te nemen om de verveling tegen te gaan. Ik vermijd ook zoveel mogelijk de auto’s. Ik heb het geluk dat ik in de Lierse polder woon en van daaruit 90% van mijn rit kan afleggen langs jachtpaden en wegen waar weinig of geen verkeer is.

Vanuit Lier rij ik naar Duffel via de Nete, die ik blijf volgen om via Walem tot in Rumst te fietsen. In Rumst kan ik ofwel naar Mechelen rijden via het Zennegat, of verder doorrijden naar Boom om dan via Klein-Willebroek en Tisselt het kanaal Willebroek-Brussel te volgen tot in Vilvoorde. Als ik via Mechelen rij, wat ik meestal ’s morgens doe omdat er dan heel weinig verkeer is, fiets ik naar Vilvoorde via Zemst en Eppegem.

Duffel aande netebrug

Van oktober tot februari gebruik ik mijn fietsritten van en naar het werk om mijn basisconditie op peil te houden. Dus gewoon “long slow distance”. Voor mij betekent dit in de zone tot 135 hartslag. Veel klim werk, buiten enkele bruggen, zit er op deze route zeker niet.

Vanaf februari begint mijn trainingsschema dan te lopen, waarbij vooral op kracht en uithouding wordt geoefend in aanloop naar de zware ritten in mei en juni. Ik neem dit jaar voor de derde maal deel aan La Cannibale van de vzw Sporta en dit jaar wil ik deze tocht afleggen in 7 uur.

Bij gebrek aan tijd, en een mobilehome J, zal ook dit jaar deze tocht het hoogtepunt worden van mijn fietsjaar. Staan zeker ook nog op mijn verlanglijstje, La Marmotte, Les Trois Ballon en alle andere Grand Fondo’s in binnen- en buitenland. Maar zoals in elke relatie moet ook ik de kerk in het midden houden. Een voorlopig overzicht van de ritten waaraan ik dit jaar deelneem, kan je vinden in mijn vorige blog post en staan allemaal in functie van de rit in Frankrijk. Deze lijst is voorlopig en wordt zeker nog aangepast. De bedoeling is om na elke rit hier een verslag te posten met mijn indrukken over de rit, de voorbereiding, de beleving en de recuperatie, inclusief foto’s.

Mechelen

Per jaar probeer ik rond de 20 000 km af te leggen met de fiets. Meer dan de helft van deze kilometers wordt afgelegd van- en naar het werk. Ik ben 10 jaar geleden gestart met het fietsen naar mijn werk. Aanvankelijk enkele dagen per week, na enkele jaren ben ik dan begonnen met de dagelijkse ritten. Om de verveling tegen te gaan ben ik drie jaar geleden op zoek gegaan naar nieuwe uitdagingen. Zo kwam ik in contact met de vzw Sporta en de ritten van Bank van de Post Cycling Tour. De deelname aan deze tochten gaven me de boost die ik op dat moment nodig had. Sindsdien heb ik geen moment meer geaarzeld om elke ochtend opnieuw op die fiets te springen en er tegenaan te gaan. Ik kan het iedereen alleen maar aanraden hetzelfde te doen.

Voorbereiding seizoen 2014

Seizoen 2014

Nu de feesten achter de rug zijn en de doelen bekend, kan de voorbereiding op het seizoen 2014 eindelijk van start gaan. De medische check up is gebeurd en de resultaten van de inspanningstest zijn veelbelovend.

De bedoeling is om dit jaar weer deel te nemen aan La Cannibale, georganiseerd door Sporta, http://www.monventoux.be

Vorig jaar een tijd van 07 uur en 31 minuten gereden. Dit jaar heb ik als doel gesteld om onder de 07 uur te gaan. Heel mijn voorbereiding is dan ook opgesteld met dit doel voor ogen. Uit de tests is dit jaar ook weer gebleken dat mijn basisconditie goed zit. Ik zal me dan ook dit jaar weer gaan concentreren op kracht- duur- en bloktrainingen.

Mijn woon- werk verkeer zorgt voor een goede basis, de tourtochten zullen vooral dienen om duur- en krachttrainingen af te werken.

Staan al zeker op mijn agenda:

  1. Omloop van het Nieuwsblad 02 maart 2014 95 km Proximus Cycling Challenge
  2. Omloop van Vlaanderen 15 maart 2014 140 km Bank van de Post Cycling tour
  3. Fietstocht van de Marine 26 maart 2014 120 km Marine
  4. Ename Classic 23 maart 2014 141 km Bank van de Post Cycling tour
  5. Ronde van Vlaanderen 05 april 2014 250 km Ronde van Vlaanderen cyclo
  6. Peter van Petegem Classic – 19 april 2014 – 163 km – Bank van de Post Cycling tour
  7. Liege – Bastogne – Liege 26 april 2014 – 270 km – La Doyenne Classic
  8. Grinta! Challenge La Tournay 10 mei 2014 – 151 km – Bank van de Post Cycling tour
  9. La Chouffe Classic – 24 mei 2014 – 165 km – Bank van de Post Cycling tour
  10. La Cannibale – 21 juni 2014 – 179 km – Sporta

Deze lijst is zeker nog niet definitief en er zullen nog veel andere tochten ingepland worden. Na afloop van elke tocht zal ik een verslag posten over de tocht zelf, mijn ervaringen en mijn vorderingen. De bedoeling is vooral om mezelf te beoordelen en te helpen om eventueel trainingen bij te sturen. Als ik daarbij ook nog anderen kan inspireren dan is dat heel mooi meegenomen.